Soms denk je dat je gewoon rustig je dag doorkomt, zonder al te veel gedoe of verrassingen. Maar dan, uit het niets, duikt er een handhaver op die jouw pad kruist. Dit keer zijn het niet de gebruikelijke controleurs die routinematig een oogje in het zeil houden, maar een team dat strategisch post heeft gevat bij een kantoor. Ze zijn niet zomaar aanwezig, nee, ze hebben een missie. Ze wachten geduldig, observeren hun omgeving, en zodra het juiste moment zich aandient, grijpen ze in. Hun doelwit? Fietsers die even snel de stoep nemen om een kortere route te pakken.

Het tafereel heeft bijna iets weg van een list. Terwijl nietsvermoedende fietsers langsrijden, is het wachten op dat ene moment waarop iemand de fout ingaat. Op het moment dat een fietser een misstap begaat en zijn of haar wiel op de stoep zet, komt de actie in gang. Als een goed geoliede machine sprinten de handhavers het fietspad op. Maar tegen die tijd is het kwaad al geschied. Het notitieblokje klapt open, de pen wordt erbij gepakt en binnen enkele seconden wordt de boete opgeschreven. Geen waarschuwing, geen genade. De overtreder wordt direct geconfronteerd met een financiële tegenvaller. Voor fietsers betekent dit een boete van 50 euro, terwijl snorfietsers en brommerrijders maar liefst 90 euro moeten aftikken. Een flink bedrag voor een fout die in veel gevallen slechts een paar meter in beslag neemt.

Het is niet zo dat verkeersregels onbelangrijk zijn. Integendeel, ze zijn er met een reden. De stoep is bedoeld voor voetgangers, die zich veilig en zonder obstakels moeten kunnen verplaatsen. Niemand wil dat voetgangers in gevaar worden gebracht door voorbijrazende fietsers of scooters. Regels bieden duidelijkheid en zorgen ervoor dat iedereen veilig en ordelijk van A naar B kan komen. Maar de manier waarop deze boetes worden uitgedeeld, roept wel vragen op. Wanneer handhavers zich verschuilen en op een specifieke plek wachten om zonder pardon boetes uit te schrijven, voelt dat minder als rechtvaardigheid en meer als een valstrik.

Een andere kwestie die dit optreden problematisch maakt, is het gebrek aan proportionaliteit. Het is begrijpelijk dat er maatregelen worden genomen tegen gevaarlijk verkeersgedrag, maar in veel gevallen gaat het hier om fietsers die slechts een paar meter over de stoep rijden, bijvoorbeeld om een opstopping op het fietspad te vermijden of een kortere route te nemen. Dit is geen roekeloos gedrag waarbij voetgangers actief in gevaar worden gebracht. Het strenge beleid roept daarom vragen op: waarom wordt er niet eerst gewaarschuwd in plaats van direct beboet? Waarom wordt er geen onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten overtredingen, waarbij context en intentie worden meegewogen?